Volwassen katten, en met name oudere katten, hebben andere behoeftes dan jonge katten en kittens. Een senior kat heeft vaak wat fysieke ongemakken die niet te voorkomen zijn. Uiteraard moet je je oudere kat regelmatig laten controleren bij een dierenarts, maar er zijn ook wat algemene zaken waar je thuis rekening kunt houden om het jouw oude kater makkelijker te maken.
Richt je huis in voor je oude kat
Vanaf 8 jaar of ouder wordt een oudere kat een senior kat genoemd. Boven de 13 jaar oud spreken we zelfs van bejaarde katten. De meeste katten krijgen rond deze leeftijd wat meer last van de gewrichten en zijn minder mobiel. Het is aan te raden om hier de leefomgeving van de kat op aan te passen. Waar speelse kittens juist graag een krabpaal hebben met veel niveaus, is dit minder handig voor je bejaarde kat. Kies bijvoorbeeld voor een niet al te hoge krabpaal, met een trapje voor eenvoudige betreden. Bepaalde sprongen zijn niet meer zo eenvoudig, dus je kunt ook overwegen om een trapje tegen de bank aan te zetten. Kies ook voor een kattenbak met een lage instap. Om gewrichtsproblemen zoveel mogelijk te voorkomen is het belangrijk om te zorgen dat je jonge kat of kitten voldoende beweging krijgt, bijvoorbeeld tijdens het spelen. Oudere katten die in het verleden voldoende gespeeld hebben zullen hier profijt van hebben in hun latere jaren.
Dementie katten en slechter zien
Katten kunnen op latere leeftijd vaak minder goed zien en ruiken. Zorg dus dat je niet te veel van de belangrijke zaken verplaatst. Dit is ook belangrijk als je kat kenmerken van dementie vertoond: op hun oude dag kunnen katten gedesoriënteerd gedrag vertonen of onzindelijk worden door dementie. Het is dan extra belangrijk dat hun leefomgeving stabiel en voorspelbaar blijft. Ga bij dementie verschijnselen altijd naar de dierenarts voor lichamelijk onderzoek.
Extra aandacht voor verzorging
Oudere katten kunnen zichzelf ook vaak minder goed verzorgen: wees alert voor vacht problemen (met name in het achterste deel van het lijf) en als de nagels langer worden en blijven haken. Als je kat ouder wordt zal je hem een handje moeten helpen met goede verzorging, zoals meer borstelen, en bijvoorbeeld met wat afgekoeld gekookt water hun achterste schoonmaken na een bezoek aan de kattenbak.
Voedsel voor de oude kat
Een ander belangrijk element voor oudere katten is het voer dat je ze geeft. Door over te schakelen naar voer voor oude katten zorg je ervoor dat je kat de juiste voedingsstoffen binnen krijgen, waarmee je bijvoorbeeld een verhoogde bloeddruk kan voorkomen. Daarnaast kampen veel oudere katten met gebitsproblemen, zoals rood tandvlees en afgebroken tanden. Dit is een van de belangrijkste oorzaken van een verminderde eetlust en een slechte adem. Zorg voor zacht voedsel of een speciaal dieet om het gebit van je kat te verbeteren. Ga bij verminderde eetlust ook altijd naar de dierenarts, gezien dit vaak een indicatie van ernstigere aandoeningen kan zijn.
Breng je oudere kat regelmatig naar de dierenarts
Oudere katten hebben een verhoogd risico op allerlei aandoeningen. Het is belangrijk om deze aandoeningen in een vroeg stadium te kunnen behandelen, en zelfs preventieve maatregelen te nemen. Zo kan een kat nierproblemen krijgen (of zelfs chronisch nierfalen), een verhoogde bloeddruk of een te snel werkende schildklier. Maar ook een doffe vacht en een slechte adem zijn allemaal tekenen dat een kat ouderdomskwaaltjes krijgt, en er kan een medische oorzaak achter zitten. Ga daarom altijd met dit soort zaken naar de dierenarts, en zorg voor regelmatige gezondheidscontroles om medische problemen in een vroeg stadium vast te kunnen stellen. Let ook goed op of het gedrag verandert, denk bijvoorbeeld aan veel miauwen en veel slapen, dit kan een indicatie van pijn zijn.